'FAO spoort Nederland aan om meer vlees te produceren'

Volgens Oplaat is het belangrijk te beseffen dat veel van wat Nederland produceert, binnen de Europese Unie blijft. „Drie kwart ongeveer. En wat we exporteren naar derde landen zijn voornamelijk producten die we zelf niet consumeren”, legt hij uit. „Wie naar de winkel gaat voor kippenvlees, koopt in de regel kipfilet, kippenpoten of kippendij. Maar aan de kip zitten natuurlijk ook vleugeltjes, looppootjes en teentjes die wij zelf niet consumeren. Die delen exporteren we vaak naar derde landen in Afrika en Azië, waar ze een delicatesse zijn. Zo zetten we het circulair rond om te voorkomen dat we voedsel weggooien.”

Naast Gert-Jan Oplaat benadrukt ook Rob de Wijk de waarde van voedselproductie op eigen grondgebied. „Voedsel is het strategische wapen in de geopolitiek.” Rob de Wijk is een Nederlandse geschiedkundige en deskundige op het gebied van internationale betrekkingen en veiligheidsvraagstukken.

Troonrede

Ook in de troonrede van dinsdag 17 september wordt het belang van voedselvoorziening door Nederland aangehaald. Het belang van voedselzekerheid in een onzekere wereld verdient erkenning. Hierbij hoort het inzicht dat Nederlandse boeren tot de meest efficiënte ter wereld behoren. „Dat is iets om trots en zuinig op te zijn”, zo sprak Koning Willem-Alexander.

Ook over wat nodig is, is de koning duidelijk: een realistisch en uitvoerbaar beleid, dat voor de lange termijn duidelijkheid geeft een ruimte biedt voor agrarisch ondernemerschap.

Afname aantal kippen

Het aantal kippen in Nederland is niet constant. In 1980 waren er 81 miljoen kippen, en dit aantal groeide tot 105 miljoen in 2018. In 2023 daalde dit aantal naar 93 miljoen, mede door vogelgriepepidemieën en marktontwikkelingen. Het aantal vleeskuikens daalde sinds 2003 met 10 procent naar 41 miljoen vleeskuikens in 2023. Ook het aantal leghennen kende een wisselend verloop, en in 2023 bedroeg deze categorie 43 miljoen.

Van 7 naar 10 miljard

Oplaat benadrukt dat de voedselvraag wereldwijd enorm toeneemt en dat Nederland hierin een belangrijke rol speelt. „Eén van onze grote uitdagingen is om beter met ons voedsel om te gaan, om zuinig te produceren, omdat we van 7 naar 10 miljard mensen in de wereld gaan. Dat betekent dat de voedselproductie met 40 tot 50 procent moet stijgen”, zegt hij. „Het doel moet zijn om zoveel mogelijk voedsel te produceren voor de hele wereld, en daarin kunnen wij een belangrijke bijdrage leveren.”

Met deze circulaire benadering en het streven naar duurzaamheid hoopt Nederland een leidende rol te blijven spelen in de wereldwijde voedselproductie. Oplaat: „Het is daarom van belang om niet blind te streven naar het krimpen van de veestapel, maar juist te focussen op efficiënte en duurzame voedselproductie.”

In de onderstaande video vertelt Nepluvi-voorzitter Gert-Jan Oplaat onder meer hoe de Nederlandse pluimveesector het op gebied van dierenwelzijn doet ten opzichte van andere landen.