Johan Klaassen (69) produceert wat de klant vraagt: naast wit ook een mooi bruin eitje

Nieuw ras

Onlangs stapte Johan over op het ras ISA Brown. Die keuze maakte hij op advies van zijn vertegenwoordiger bij Het Anker, die hem tipte na goede ervaringen uit België. “Ik ben er erg tevreden over,” zegt hij. “Mijn eerste koppel is nu 67 weken oud, met minder dan 2% uitval en nog altijd 91% productie. Ze zijn rustig, gezond en leggen die mooie bruine eieren waar klanten hier voor komen.”

Waar de bruine hennen zo’n 85 weken meegaan, houden de witte Dekalb-hennen het tot wel 110 weken vol. “Dat scheelt in de wisselmomenten. En ze nemen ook nog eens minder voer op dan de bruine hennen. Daardoor ligt de kostprijs van een bruin ei hoger, maar ja… je moet maken wat de consument vraagt.”

Zelf geniet Johan ook van het verschil tussen de koppels. “Loop je de stal in bij de bruine kippen, dan is het heel rustig. Ze lopen met je mee. De witte hennen zijn schuwer en fladderen alle kanten op als je binnenkomt. Ook het kleurverschil in de stal vind ik mooi om te zien.”

Beter Leven

Ook de overstap naar Beter Leven maakte Johan op basis van de wensen uit de markt. Sinds zes jaar produceert hij eieren met het Beter Leven 1-ster keurmerk. Een bewuste keuze, die niet vanzelf ging. “Het vroeg om aanpassingen in de stal, zoals de overdekte uitloop, en het brengt extra werk met zich mee,” vertelt hij. “Maar het wordt gewaardeerd door mijn afnemers. En destijds kreeg je er ook een mooie plus voor.”

Extra inkomstenbron

Naast het werk op zijn eigen bedrijf, runt Johan al twintig jaar een schoonmaaktak. Met zijn vrachtwagen rijdt hij door heel Nederland om stallen bij andere pluimveehouders schoon te maken. “In de moeilijke jaren was ik daar ontzettend blij mee,” blikt hij terug. “Met een extra tak in je bedrijf, kun je extra inkomsten genereren.”

Positiviteit

“Het gaat nu goed in de eierbusiness,” vertelt Johan, “maar dat is wel eens anders geweest. In mindere tijden was ik blij dat ik mijn schoonmaakbedrijf Gelderse Cleaning Service had.” Hij vraagt hardop af: ” Stoppen… wanneer doe je dat? Toen ik begon was het al lastig, maar stoppen is dat net zo goed. Daar komt veel bij kijken. Zolang ik gezond ben, ga ik door.”

Hij ziet dat het voor jonge, startende boeren nog steeds uitdagend is. “Je moet er veel energie in steken. In goede en slechte tijden moet je er voor gaan en proberen altijd positief te blijven. Dat is niet altijd makkelijk, maar wel belangrijk.”