Wiersma schrapt afroming pluimveerechten, ondanks advies Raad van State

De Tweede Kamer vroeg deze week de minister om met spoed een reactie te geven op het advies van de Raad van State om de afroming van pluimvee- en varkensrechten niet te beëindigen.

Wiersma is van mening dat de adviezen van de Raad van State gebaseerd zijn op dezelfde feiten en cijfers als die zij heeft gebruikt. De aandachtspunten van de afdeling Advisering van de Raad van State, dat het nationale mestplafond volgend jaar overschreden gaat worden en dan mogelijk een generieke korting volgt, zijn volgens haar door zowel de Tweede als de Eerste kamer meegenomen bij het politieke proces en de besluitvorming. 'De voorhang heeft echter niet geleid tot een besluit van de Kamers om niet in te stemmen met de ontwerpbesluiten of tot aanpassing van de besluiten, zoals die vervolgens aan de Raad van State zijn voorgelegd', schrijft zij in een brief aan de Tweede Kamer.

De bewindsvrouw wijst er ook op dat de Raad van State zijn advies heeft gebaseerd op een CBS-advies over de mestproductie in het tweede kwartaal van 2025 en de inschatting van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) en Lbv-plus (met piekbelasting) in juni.

Duidelijkheid voor veehouders

Het kabinet heeft het eerder genomen besluit vrijdag tegen het licht gehouden en gekeken naar de meest recente cijfers. Op basis van de nieuwe prognoses over de mestproductie in het derde kwartaal van 2025 en de nieuwe cijfers van RVO over de deelname aan de Lbv-regelingen, heeft het kabinet besloten om het besluit door te zetten en nog dit jaar te stoppen met de afroming van pluimvee- en varkensrechten. 'Hiermee heeft de sector de duidelijkheid die veehouders nodig hebben om hun rechtenpositie in 2025 nog op orde te brengen', sluit Wiersma de Kamerbrief af.

Wanneer de afroming er precies afgaat is nog niet bekend, zo laat het ministerie van LVVN weten. De Koning moet het besluit nog ondertekenen. Dit is naar verwachting nog wel dit jaar.