Aanpak vogelgriep verschilt sterk in EU

Dat bleek 13 en 14 oktober tijdens een bijeenkomst met biologische pluimveehouders uit Nederland, Noorwegen, Duitsland, Denemarken, Zweden en Belgi waar de Nederlandse Biologische Pluimveehouders Vereniging (BPV) als gastheer fungeerde.

In Nederland moeten biologische pluimveehouders elk kwartaal bloedmonsters op vogelgriep laten onderzoeken. Belgihanteert een vergelijkbare aanpak als Nederland. In andere EU landen hoeft dat niet. Daar voert een dierenarts ieder kwartaal een fysieke screening uit en aan de hand daarvan besluit de dierenarts of er bloedmonsters genomen worden of niet, vertelt Wijnand van de Mheen, biologisch legpluimveehouder en secretaris van de BPV.

De manier van monitoren verklaart ook waarom er in Nederland vaker dan in omringende landen een besmetting met laagpathogene vogelgriep wordt gevonden, legt Van de Mheen uit. Het is volgens hem ook maar de vraag of Nederland met deze aanpak op de goede weg zit, vanwege het feit dat het in omringende landen niet slechter gaat als in Nederland. Gezien de feiten van de HPAI uitbraken is het maar de vraag of een LPAI een HPAI zou kunnen worden, zegt Van de Mheen.

Weren watervogels

Het doel van de jaarlijkse bijeenkomst van Europese, biologische pluimveehouders is het delen van kennis en gezamenlijke standpunten bepalen ten aanzien van de Europese biologische regelgeving. Zo bezochten ze na een presentatie over het bestrijden van rode bloedluis via drinkwater het bedrijf van mts. Thomassen bezocht.

Op locatie was een presentatie van Monique Bestman (onderzoeker van het Louis Bolk Instituut) over de onderzoeken die betrekking hebben op het effectief inrichten van de uitloop en het weren van watervogels, maar ook aan de risicos die aan uitloopgebruik verbonden zijn. Na de presentatie werd de uitloop nog bekeken.

Veranderingen in regelgeving op komst

De tweede dag werd gebruikt voor uitwisseling omtrent regelgeving en sancties bij overtredingen. Ingeborg de Groot vanuit Skal en Marian Blom vanuit het Biohuis namen dit voor hun rekening.

Met name wat betreft de EU regelgeving staan er voor pluimvee toch wel wat veranderingen in de nieuwe EU voorstellen. Hierin kan de netwerkgroep een grote rol spelen door vanuit deze groep gedragen voorstellen aan te bieden aan de IFOAM, Copa Cogeca, nationale beleidsmakers en eventueel rechtstreeks richting Brussel.

Na een bezoek aan Jansen Poultry equipment en een bedrijfsbezoek aan opfokbedrijf met een Nivo Vario systeem is getracht om acceptatie voor dit systeem te krijgen wat niet door alle deelnemende landen wordt onderstreept. Hierna werd de bijeenkomst afgesloten. De volgende bijeenkomst vind plaats in Belgi