Scharrelhennenhouders lijden forse verliezen door lagere eierprijzen

Dat maakte Wageningen Economic Research (WER) vrijdag 28 oktober op haar website bekend. Na een sterk eerste kwartaal zijn de opbrengsten in de zomermaanden verder gedaald. De lage prijzen zijn het gevolg van een ruim aanbod van scharreleieren en een zwakke vraag. Dat is wel gebruikelijk in de zomerperiode, maar het prijsherstel laat lang op zich wachten, aldus WER.

De eierprijzen in augustus en september liggen bijna 10 procent onder het langjarig gemiddelde. Het verschil met het gunstige voorgaande jaar is nog groter. De totale opbrengsten zijn in september 23.000 euro lager dan vorig jaar. De voerkosten zijn met 1.500 euro gedaald, maar de kosten voor jonge hennen zijn iets hoger.

Die saldodaling is geheel veroorzaakt door lagere opbrengsten. In juli en augustus was het saldo nog iets lager dan in september. Het saldo ligt daardoor 70 procent onder het niveau van vorig jaar en de helft onder het langjarig gemiddelde.

Cumulatief saldo 60 procent lager

Het cumulatief saldo over de eerste negen maanden van dit jaar ligt 94.000 euro lager dan in dezelfde periode in 2015, door 14 procent lagere opbrengsten en 3 procent lagere toegerekende kosten. Het totaalsaldo is daardoor 60 procent lager dan in 2015 en ligt nagenoeg op het langjarig gemiddelde.

Het saldo per jaar (afgelopen twaalf maanden) van de scharrelhennen ligt sinds juni 2015 boven het langjarig gemiddelde. Maar in de afgelopen maanden is die voorsprong snel teruggelopen tot het nulpunt in september. Nu duikt het voorschrijdend saldo dus onder het langjarig gemiddelde.