Ondernemer met vleeskuikens en bioscoop

Dat zei Erik Weel op het Nationaal Pluimveecongres 2017. Een ondernemer met een vleeskuikenbedrijf en een bioscoop. Twee heel verschillende ondernemingen.

Ondernemen in Nederland
Erik Weel houdt samen met zijn broer Marcel 320.000 vleeskuikens in twee patiostallen in het Noord-Hollandse Middenmeer. In Castricum is hij eigenaar van bioscoop Corso. Het verplaatsen van het pluimveebedrijf duurde 6 jaar. Ik ben nu al 8 jaar bezig met het verplaatsen van de bioscoop. Ik loop tegen dezelfde problemen aan; maatschappelijk draagvlak. Omwonenden die bang zijn voor geluidsoverlast Het dichtslaan van autodeuren om 11 uur in de avond blijkt net zon probleem als het lossen van veevoer op dat tijdstip. Dat is ondernemen in Nederland, zegt de ondernemer.

Het mooie aan het ondernemen in twee sectoren noemt hij de afwisseling. De interactie met mensen in de bioscoop is mooi maar ook het rustig observeren van de kuikens als hij wekelijks enkele dagen door de stallen loopt. Het belangrijkste aan ondernemen is toch het werkplezier, zegt Erik Weel.

Datagedreven ondernemen
Met 630 vleeskuikenbedrijven en 275 bioscopen in Nederland noemt Weel beide takken van ondernemen kleine sectoren. Van Weel managet beide ondernemingen op data. De bioscoopsector loopt daarin voor. Elke ochtend kan ik van elke bioscoop zien hoeveel bezoekers welke film bezocht hebben. Een aantal weken later kan ik daarvan nog meer details nakijken.

Daarmee vergeleken zijn de beschikbare cijfers in vleeskuikenland mager. Wat vergelijkingen binnen de studieclub en een beetje via de adviseur. Wat dat betreft kan de pluimveesector nog veel innoveren en leren van andere sectoren, aldus de ondernemer. Hij noemt de kapitaalsintensiviteit van de vleeskuikensector een belemmering voor innovatie. Voor 1 fte in de bioscoop is een investering van 2,5 ton nodig, voor 1 fte in de vleeskuikens 2,5 miljoen euro, zegt Weel.

Feeling maatschappij
Weel vindt dat de pluimveesector de feeling met de maatschappij mist. Als optie noemt hij een buitenstaander aan het roer zetten die signalen oppikt. In de bioscoopwereld heb je direct contact met een bioscoopbezoeker, bij kippen niet. Die zeggen niets terug.

Natuurlijk zijn er ook overeenkomsten tussen beide sectoren: het gebruik van mais. Voor het pluimveevoer en de popcorn. Al is de winstmarge op mais in de bioscoop natuurlijk hoger.