Kees Koolen en Huub van Deurzen liggen in de clinch over eindafrekening kippenbedrijf

Het gaat om de Natuurbeschermingsvergunning van het kippenbedrijf aan de Dennenkamp dat in 2016 door Koolen op een executieveiling werd gekocht. In de stallen mochten 291.000 leghennen zitten. Het kippenbedrijf werd geveild omdat Van Deurzen in de schulden was komen te zitten. De vraag die beantwoord moet worden is deze. Hoorde de kostbare Nbw-vergunning bij de koop op de veiling waar Koolen zijn slag dacht te slaan? Of hoorde de vergunning er niet bij en moet Koolen, van Dutch Dairy Genetics uit Groesbeek, er nog voor betalen aan Van Deurzen?

Tenaamstelling

De zaak heeft ermee te maken of de Nbw-vergunning zaaksgebonden of persoonsgebonden is. De twee kemphanen hebben er hun advocaten op gezet. De provincie Gelderland heeft de kant van Koolen gekozen. Het provinciebestuur heeft op zijn verzoek de tenaamstelling op de Nbw-vergunning gewijzigd in Dutch Dairy Genetics, het in Wichmond (GD) gevestigde zuivelbedrijf van Koolen.

Koolen kocht de stallen van Van Deurzen om er een zuivelfabriek te beginnen. Daar is tot dusver nog niets van gekomen. Van Deurzen stapte in 2018 met succes naar de rechtbank Gelderland. Die draaide de naamsverandering terug. Volgens de rechtbank heeft de provincie er geen oog voor gehad dat de zaak voor Van Deurzen om veel geld draait. Van Deurzen mag er geld voor vragen, vindt de rechtbank.

Gratis

Het werd dinsdag in hoger beroep bij de Raad van State in Den Haag niet duidelijk hoeveel, maar in de vergunning zitten veel stikstofrechten. Het aanvragen van een nieuwe heeft geen zin omdat die zeer waarschijnlijk niet verleend gaat worden. Voor Van Deurzen is de missie van Koolen glashelder. „Ze willen hem gratis hebben. Dan is hij de lachende derde." Advocaat Johan van Groningen zei namens Dutch Dairy Genetics dat Van Deurzen geen belang meer heeft. „Hij was niet de verkoper. Het bedrijf is namelijk geveild."

Ten tijde van de executieveiling in april 2016 was de Nbw-vergunning nog niet onherroepelijk. Er liep nog een beroep dat in november 2016 door de Raad van State ongegrond werd verklaard. Uitspraak over de tenaamstelling volgt over een paar weken.