Meerderheid pluimveehouders voorstander van gezamenlijk onderzoek

61,6 procent van de pluimveehouders vindt dat gezamenlijk onderzoek meerwaarde biedt voor de Nederlandse pluimveesector. Slechts 18,6 procent meent van niet. Daarnaast is 51,5 procent van mening dat gezamenlijk onderzoek meerwaarde biedt voor hem- of haarzelf als pluimveehouder en/of zijn of haar pluimveebedrijf en 26,6 procent van niet. De overige deelnemers aan de enquête staan er neutraal in of hebben hierover geen mening.

„Door nieuwe ontwikkelingen zijn wij in staat om pluimveehouder te blijven”, zegt een pluimveehouder die meerwaarde ziet in gezamenlijk onderzoek. „Het is goed om op een hoger peil te komen”, motiveert een andere voorstander. „Vaak worden onderzoeken door Wageningen UR gedaan. Meestal is de praktijk op pluimveebedrijven toch anders. Daardoor kan je er weinig mee als pluimveehouder”, stelt een tegenstander.

De redactie van Pluimveeweb is benieuwd naar het draagvlak onder pluimveehouders van gezamenlijk onderzoek en mailde hen in februari een enquête. Van de ruim 1.300 aangeschreven pluimveehouders vulden 172 de enquête in. De uitkomsten zijn met een betrouwbaarheidsniveau van 95 procent en foutmarge van 7 procent daardoor redelijk betrouwbaar.

Voorstander onderzoek tenenpikkerij

Bij witte leghennen in Nederland traden vanaf begin 2017 opeens pootproblemen op door tenenpikkerij. Vervolgens is collectief onderzoek gedaan naar de oorzaken en oplossingen van dit probleem. De redactie van Pluimveeweb vroeg aan pluimveehouders of ze ermee eens zijn dat hier collectief onderzoek naar is gedaan.

Het merendeel van de leghennenhouders die deelnamen aan de enquête is ermee eens dat hier collectief onderzoek naar is gedaan. 39,9 procent antwoordde weliswaar ‘Ik houd geen leghennen’, maar 10,9 procent is hier helemaal mee eens en 24,6 procent is ermee eens. Dat is beduidend meer dan de 5,8 procent die hiermee oneens is en 9,4 procent die hier helemaal mee oneens is. Daarnaast staat 6,5 procent van de leghennenhouders hier neutraal in en heeft 2,9 procent geen mening of weet het niet.

Het onderzoeksproject naar de oorzaken en oplossingen van pootproblemen door tenenpikkerij kostte 15.000 euro. Aan pluimveehouders werd gevraagd of ze dit veel, weinig of voldoende vonden. 27,8 procent, de grootste groep, vindt dit voldoende, 25,3 procent weinig, 15,2 procent te veel en 13,9 procent veel te veel. De overige pluimveehouders weten het niet of hebben geen mening hierover.

Ontevreden over onderzoeksresultaten

De werkgroep pootproblemen kon geen eenduidige oorzaak of oplossing voor tenenpikkerij vinden. Behandelmogelijkheden werden gezocht in aanpassingen in het voer (extra vitaminen en mineralen gericht op de huid, lijnolie) en het dimmen van het licht. Eén op de tien nippels vervangen door drinkcups werd ook als oplossing aangedragen. ‘Bent u tevreden over het onderzoeksresultaat?’, vroeg de redactie aan pluimveehouders.

30,4 procent is ontevreden over de onderzoeksresultaten en 16,5 zelfs zeer ontevreden. Daarentegen is 27,9 procent gematigd tevreden, 5,1 procent tevreden en 1,3 procent zeer tevreden. „Het onderzoek heeft een aantal zaken als oorzaak uitgesloten. Dat is ook winst”, stelt een respondent. Zijn collega-legpluimveehouder beaamt dat. „Het onderzoek heeft nog niet een totaaloplossing aangereikt. Maar er zijn wel aanbevelingen uit voortgekomen die helpen. Ook de dingen die niet werken zijn aangetoond.”

'Doe vervolgonderzoek naar tenenpikkerij'

Ook een andere legpluimveehouder is positief over dit onderzoek. „Het onderzoek heeft wel degelijk veel nut gehad. Zowel op toepasbare verbeteringen, alsook op uitsluiten van dure middelen die niet blijken te werken. Dit onderzoek is wat mij betreft niet klaar en de kosten zijn micro klein als je het afzet tegen de kosten van verhoogde uitval bij witte leghennen en de aandacht op uitval vanuit de overheid en ngo's Ik hoop dat er nog veel geld voor wordt uitgetrokken.” Een andere legpluimveehouder pleit ook voor vervolgonderzoek. „Het probleem is nog niet opgelost. Al is de schade ten gevolge van tenenpikken aanmerkelijk gedaald. Mijn inziens moet dit onderzoek een vervolg krijgen.”

Een andere pluimveehouder is kritischer. „Het was met gezond boeren verstand ook aan te geven dat hier geen eenduidige oorzaak voor te vinden zou zijn”, stelt hij. Een andere pluimveehouder vindt dat er helemaal geen onderzoek gedaan had moeten worden naar tenenpikkerij. „De oorzaak was al bekend voor het onderzoek plaats vond”, zegt hij.

‘Onderzoeksresultaten vallen soms tegen’

„De onderzoeksresultaten vallen ook wel eens tegen”, beaamt LTO/NOP-voorzitter Kees de Jong een kritiekpunt van pluimveehouders ten aanzien van gezamenlijk onderzoek. „Soms krijg je duidelijke oplossingen, maar dat lukt niet altijd.” Hiermee doelt hij onder meer op het onderzoek naar tenenpikkerij bij witte leghennen waar geen eenduidige oplossing naar voren kwam. „Wanneer we de oplossing voor die tijd al wisten hadden we ook geen onderzoek hoeven doen. En soms hadden we een praktijkonderzoek toch iets anders moeten doen”, geeft De Jong aan.

Lees de belangrijkste uitkomsten van de enquête en meer reacties van LTO/NOP, NVP en Avined in vakblad Pluimveeweb van maart. Het vakblad verschijnt donderdag 11 of vrijdag 12 maart. Ontvangt u het vakblad Pluimveeweb nog niet? Vraag dan hier een gratis proefnummer aan. Wilt u een abonnement op vakblad Pluimveeweb? Klik dan hier.